Er circuleert weer zo’n ogenschijnlijk simpel breintestje online, en iedereen heeft er een mening over. Hoezo? Omdat iets wat lijkt op rekenwerk uit de basisschool stiekem best pittig kan zijn.

Dit is de opgave waar iedereen mee bezig is:
A + A = 8
B + B = 16
A + B ÷ A = ?
Klinkt appeltje-eitje, toch? Nou, voor velen dus niet.
Stap 1: Wat is de waarde van A?
Staat er A + A = 8, dan kom je vanzelf uit op A = 4.
Kinderen zien dit vaak sneller dan volwassenen.
Stap 2: En B dan?
Uit B + B = 16 volgt dat B 8 moet zijn.
Klinkt makkelijk—maar let op de strikvraag.
Stap 3: De valkuil waar veel volwassenen intrappen
Die laatste regel lijkt zo simpel:
A + B ÷ A
Toch gaat het hier vaak mis: veel volwassenen rekenen automatisch van links naar rechts, terwijl kinderen nog netjes de volgorde van bewerkingen aanhouden.
Eerst delen, daarna pas optellen:
B ÷ A = 8 ÷ 4 = 2
A + 2 = 6
Het goede antwoord: 6
Kinderen komen hier vaak direct op uit, terwijl volwassenen er minutenlang over blijven discussiëren.
Hoe dat kan? Simpel: volwassenen denken te ingewikkeld, kinderen volgen de regels.
Waarom deze puzzel zo populair is
Dit soort raadsels laat mooi zien dat “simpel” niet altijd echt simpel is.
En toegegeven… je ego krijgt een knauw als een negenjarige sneller klaar is dan jij.



