75-jarige Toos blijft haar houtkachel stoken, ondanks milieukritiek: dit is haar uitleg

Je kunt er tegenwoordig amper aan ontsnappen: overal om je heen hoor je wat wel en niet goed is voor het klimaat. Toch neem ik mijn houtkachel niet weg. Men zegt dat zo’n kachel het milieu schaadt, maar voor mij is het veel meer dan een simpele manier om het warm te krijgen.

Die kachel staat al in ons huis sinds mijn man en ik hier veertig jaar geleden onze spullen neerzetten. Hij hield van het knetteren, die harsige houtgeur en de warmte die gure avonden ineens knus maakte. Het was geen extraatje; zo leefden we. Nu hij er niet meer is, komt alles weer boven als ik het vuur aanmaak.

De wijk om me heen is intussen totaal veranderd. Er kwamen jonge gezinnen bij en het voelt allemaal een stuk moderner. Iedereen heeft het over duurzaamheid en zorgen voor de kinderen van morgen. Dat snap ik echt wel. Toch is die kachel voor mij het kloppende hart van mijn huis. Hem wegdoen omdat anderen dat wenselijk vinden, voelt voor mij niet redelijk.

Tussen vernieuwing en herinnering

“Toos, die rook is slecht voor de luchtkwaliteit, weet je dat wel?” en “Elektrisch verwarmen is veel milieuvriendelijker!” hoor ik geregeld. Buren zeggen soms dat ze de rook ruiken en dat het hun kinderen stoort. Ik begrijp dat de stad al genoeg uitstoot kent, maar waarom zou ik mijn hele manier van leven omgooien?

Op mijn 75e wil ik vooral mijn eigen koers varen. Die kachel geeft sfeer, haalt mooie herinneringen terug en warmt mijn huis zonder dat ik afhankelijk ben van alsmaar duurdere stroom. Soms lijkt het alsof fanatieke duurzaamheidsdenkers vergeten dat er meer is dan grafiekjes en uitstootpercentages.

Ik heb het stoken echt al teruggeschroefd, maar helemaal stoppen voelt voor mij niet haalbaar. Alleen op de koudste dagen of als ik snak naar die echte, doordringende warmte gaat het vuur nog aan. In de schuur ligt nog hout dat mijn man ooit heeft gekliefd, en zolang dat er is, gebruik ik het. Het draait voor mij om herinneringen en dat onmiskenbare thuisgevoel.

Soms vraag ik me af of de jongere buren dat begrijpen. Zie je hoe sommige dingen voor mij niet zomaar te vervangen zijn door iets moderns? Voor hen misschien ouderwets, voor mij gewoon mijn manier van leven.

Ik weet dat mijn kijk niet populair is. Vaak wordt verwacht dat je meebuigt voor het grotere geheel. Maar die kachel hoort bij mij, net als de herinneringen die eraan vastzitten. Zolang ik er ben, zal dat vuurtje in mijn woonkamer af en toe blijven branden.