Anja, 58 jaar, kijkt vol ongeloof naar de kassabon in haar hand. “Twee euro vijftig voor een enkele oliebol,” zucht ze. De verrassing is duidelijk te horen in haar stem.
Ze was eigenlijk niet van plan iets te kopen toen ze na een dagje wandelen door de stad op weg naar huis was. Toch kon ze de onweerstaanbare geur van versgebakken oliebollen niet voorbijgaan. Met goede moed liep ze naar de kraam, totdat ze de prijs zag. “Vroeger had je hiervoor een hele zak vol,” zegt ze met een vleugje nostalgie en lichte frustratie.
Anja denkt nog vaak terug aan de tijd toen ze als kind met haar moeder naar de oliebollenkraam ging. “Voor een gulden had je genoeg voor de hele familie,” herinnert ze zich. “Dat waren echt andere tijden.” Ze snapt wel dat de prijzen stijgen, maar ze vindt het jammer dat zo’n eenvoudige traditie zo duur wordt. “Nu lijkt het erop dat alleen degenen met een goed gevulde portemonnee een oliebol kunnen kopen. Dat klopt niet.”
Niet alleen Anja heeft hier moeite mee; veel mensen om haar heen vinden het ook lastig. “Mijn buurvrouw loopt de kraam nu voorbij en bakt ze zelf thuis. Dat bespaart echt veel,” vertelt Anja. Zelf ziet ze dat anders. “Het gaat niet alleen om de oliebol zelf, maar ook om de ervaring bij de kraam. Die sfeer en die geur krijg je thuis gewoon niet.”
Veranderende tradities en stijgende prijzen
Wat vroeger een eenvoudig en herkenbaar symbool van de decembermaand was, lijkt nu iets bijzonders te worden. In een periode waarin veel mensen al moeite hebben om rond te komen, valt het nog meer op dat zelfs iets simpels als een oliebol zo duur is geworden. “Dit is niet het enige,” merkt Anja op. “Alles wordt duurder, van dagelijkse boodschappen tot elektriciteit. Maar een oliebol zou altijd betaalbaar moeten blijven.”
Met een lichte schaamte denkt ze terug aan haar aankoop. “Ik voelde de neiging om te zeggen: ‘Laat maar zitten.’ Maar de verkoper was zo vriendelijk en ik stond al in de rij. Dus ik heb het toch maar gedaan. Maar eerlijk gezegd? Het voelde niet goed.” Het lijkt voor haar niet alleen maar te gaan om het geld, maar ook om wat de oliebol voor haar betekent. Het is een traditie die, door de prijsstijging, misschien verloren dreigt te gaan.
Anja beseft ook dat de verkopers niet veel opties hebben. “Hun kosten stijgen ook. Alles wordt duurder, dat weet ik ook wel. Maar er moet op een gegeven moment een grens zijn. Als dit zo doorgaat, kunnen steeds minder mensen zich dit soort dingen veroorloven.” Ze vindt dat het eerlijk moet blijven. “Een oliebol moet iets kleins en leuks zijn dat iedereen zich kan permitteren. Het moet geen luxe worden.”
Of Anja dit jaar nog een oliebol zal kopen, weet ze niet. “Misschien laat ik het maar zitten,” zegt ze met weemoed. “Het voelt niet goed om zoveel te betalen voor iets dat zo eenvoudig zou moeten zijn.” Toch hoopt ze op betere tijden. “Ik verlang naar een tijd waarin een oliebol gewoon vreugde bracht, zonder dat je na hoeft te denken over hoeveel het kost. Dat is mijn wens voor de feestdagen.”