Een ongewone manier van leven
In het hart van Spijkenisse, zorgt de 29-jarige Denny op een unieke manier voor zijn levensonderhoud en zijn drie katten. Dagelijks fietst hij door de straten om statiegeldblikjes en -flesjes te verzamelen uit vuilnisbakken en parken. Dit levert hem wat geld op om rond te komen.
Het geld dat Denny krijgt van het statiegeld is cruciaal voor de verzorging van zijn katten. Twee van zijn katten behoorden tot zijn overleden moeder, en hij heeft haar beloofd voor hen te zorgen. Vol toewijding en verantwoordelijkheid fietst Denny elke dag kilometers, wat hem op een goede dag een paar tientjes kan opleveren.
Denny staat vroeg op om zijn dagelijkse ronde te maken. Op zijn fiets, met een plastic tas aan het stuur, doorzoekt hij de omgeving. Met zijn versleten bodywarmer met Scania-logo is hij een herkenbare verschijning. Deze outfit is handig, want zijn werk gaat vaak gepaard met struiken en volle vuilnisbakken.
Ooit woonde Denny met zijn moeder in Rotterdam, maar na haar overlijden verhuisde hij naar Spijkenisse, wat met uitdagingen gepaard ging. Denny heeft te maken met schulden en geen vast inkomen, dus het verzamelen van statiegeld helpt hem enigszins. “Zonder dit hebben mijn katten niks te eten,” legt hij uit.
Denny’s klus is niet altijd makkelijk en soms ongebruikelijk. In tegenstelling tot anderen die oppervlakkig zoeken, inspecteert Denny elke vuilnisbak grondig, ongeacht de staat ervan. Zijn vasthoudendheid levert hem snel enkele euro’s op, afhankelijk van de omstandigheden.
Volharding en vastberadenheid
Op een typische dag maakt Denny minstens drie rondes in Spijkenisse – ’s ochtends, ’s middags en ’s avonds. Op zonnige dagen kan hij zo’n 35 euro verdienen. Soms waagt hij zich ook laat op de avond nog buiten. Niet alle blikjes zijn bruikbaar; sommige zijn beschadigd of missen de benodigde barcode, wat betekent dat ze geen geld opleveren. Toch blijft Denny hoopvol en zet hij door om zijn huishouden draaiende te houden.
Hoewel hij pas kort in Spijkenisse woont, kent de gemeenschap Denny al goed. Mensen spreken hem vaak aan, en sommigen geven hem zelfs hun statiegeldflesjes en -blikjes. Hij waardeert dit gebaar enorm.
Denny merkt op dat veel mensen statiegeldblikjes zomaar weggooien, wat hij zonde vindt. Hij legt uit dat je met vijfduizend blikjes zo’n 750 euro kunt verdienen. Er is echter niet altijd begrip; sommigen begrijpen niet waarom je vuilnis zou doorzoeken voor statiegeld. Denny ziet het als een manier om de stijgende kosten aan te pakken, en raadt aan flesjes af te sluiten om viezigheid te vermijden.
Het verzamelen van statiegeld is niet alleen Denny’s ritueel. Hij komt vaak andere verzamelaars tegen, vooral bij metrostations en tankstations. De concurrentie schrikt hem niet af. “Niemand doet het op een fiets zoals ik,” lacht hij, en prijst zijn techniek om grotere afstanden af te leggen.
Op goede dagen vindt Denny genoeg blikjes om twee volle tassen te verzamelen, vooral bij tankstations en autowasplaatsen. Maar niet alles gaat van een leien dakje; soms zijn blikjes nat of beschadigd, wat de klus bemoeilijkt.
Ondanks de tegenslagen blijft Denny volhouden. Hij is trots dat hij op deze manier zowel voor zijn katten als voor zichzelf zorgt. Het moment waarop hij zijn blikjes bij de supermarkt inlevert, voelt als een beloning voor zijn harde werk, ook al was de opbrengst die dag minder door het gezelschap van de verslaggever. Toch zet hij onvermoeid zijn routine voort.
Denny’s verhaal laat zien dat je met creativiteit en doorzettingsvermogen veel kunt bereiken, zelfs als je het financieel moeilijk hebt. Het oprapen van statiegeldartikelen helpt niet alleen hemzelf, maar draagt ook bij aan een schonere omgeving. Zijn verhaal inspireert degenen die in vergelijkbare situaties zitten om met vastberadenheid uitdagingen aan te gaan.