Deze 25-jarige zet de woningmarkt op scherp: laat ouderen kleiner wonen zodat starters kunnen doorstromen

De wooncrisis hakt vooral in bij jongeren. Terwijl starters zich suf zoeken naar iets betaalbaars, blijven veel ouderen in ruime huizen wonen. Michael (25) vindt dat het eerlijker kan. “Zij hebben jarenlang meegeprofiteerd van stijgende huizenprijzen; laat er nu ook wat ruimte komen voor onze generatie.”

Eigen woning? Voor veel jongeren simpelweg onhaalbaar

Michael woont nog steeds met zijn vriendin in een piepklein appartement in de stad. “We tikken bijna duizend euro per maand af voor 45 vierkante meter,” vertelt hij. “We dromen van een huis met een tuin, een plek om een gezin te starten, maar dat is niet te betalen. Alles is te duur of wordt meteen weggekaapt door beleggers.”

Zoals veel twintigers en dertigers voelt Michael zich buitenspel gezet op de woningmarkt. “Onze ouders konden met één salaris een huis kopen. Wij werken allebei fulltime en komen nog steeds niet in de buurt van een hypotheek voor een eengezinswoning. Hoe scheef is dat?”

Senioren wonen vaak in huizen die te groot zijn

CBS-cijfers laten zien dat bijna de helft van de 65-plussers in een woning met drie of meer slaapkamers woont, vaak klassieke eengezinswoningen die ooit bedoeld waren voor gezinnen met kinderen. “Veel ouderen blijven gewoon in hun vertrouwde huis,” zegt Michael. “Dat snap ik: het is hun plek, vol herinneringen. Maar intussen zitten wij met z’n vijven in 60 vierkante meter. Dat wringt.”

Volgens Michael moeten er meer prikkels komen voor ouderen om te verkleinen. “Niet dwingen, wel helpen. Geef voorrang op kleinere, gelijkvloerse woningen en compenseer verhuiskosten. Dan komt de doorstroming vanzelf op gang.”

De boel op de woningmarkt zit muurvast

Experts spreken van een klassiek doorschuifprobleem: als senioren in ruime huizen blijven, komen er minder woningen vrij voor jonge gezinnen, die daardoor langer in starterswoningen blijven hangen. Resultaat: een verstopping door de hele keten.

“De blik gaat nu vooral naar nieuwbouw,” zegt Michael. “Maar dat loopt traag. Het duurt jaren voordat er iets staat, en vaak zijn het dan nog dure koopappartementen ook. Terwijl er duizenden bestaande woningen zijn die slimmer benut kunnen worden.”

“Niemand wil huizen afpakken”

Michael benadrukt dat hij ouderen niets kwalijk neemt. “Ze hebben hun huis eerlijk gekocht en afgelost, daar heb ik respect voor. Maar het zou mooi zijn als ze iets willen terugdoen. Er wordt weleens gezegd dat jongeren ‘niets meer willen’, maar wij willen juist wél — we krijgen alleen de kans niet.”

Hij pleit voor een overheidscampagne die ouderen bewuster maakt van de gevolgen van blijven zitten. “Veel mensen realiseren zich niet dat ze zo iemand anders de mogelijkheid op een gezinsleven ontnemen door in een veel te groot huis te blijven. Als we dat eerlijk bespreken, kunnen we elkaar vooruithelpen.”

Ouderen: “Wij hebben weinig opties”

Lang niet alle ouderen voelen zich aangesproken. Velen zeggen dat er simpelweg te weinig geschikte seniorenwoningen zijn. “Waarom zou ik kleiner gaan wonen als er niets beters beschikbaar is?” zegt een 72-jarige bewoner uit Amersfoort. “Ik wil best kleiner, maar niet naar een flat zonder lift of balkon.”

Michael snapt dat. “Het is een kip-en-ei-verhaal,” zegt hij. “Maar als we niets aanpassen, blijft alles op slot. Bouw meer passende woningen voor ouderen, dan kunnen zij doorstromen en kunnen wij eindelijk een volgende stap zetten.”

“Geen luxe, gewoon een eerlijke start”

Toch blijft Michael optimistisch. “Ik geloof dat het beter kan als we eerlijker verdelen. Iedereen gunt ouderen een fijn thuis; gun ons dan ook de mogelijkheid om te beginnen. We vragen geen villa, alleen een kans om onze toekomst op te bouwen.”