Martijn is 32 en heeft al vier jaar een relatie met Joanne. Hij is dol op haar, maar hij heeft er genoeg van. Niet door ontrouw, ruzies of geldzorgen. Het draait allemaal om tofu.
Altijd vermoeid, altijd bleek
Joanne is vegetariër. Sinds hun eerste date al. Ze eet geen vlees, geen vis, geen kip, niets dat ooit heeft geleefd.
In het begin vond Martijn het juist wel schattig. Een vrouw met overtuigingen. Maar nu ligt ze iedere paar maanden ziek onder een dekentje met een thermometer op de bank.
Ze ziet er bleek uit, is uitgeput en heeft een weerstand van niks. “Het lijkt soms wel of ze een wandelende vitaminesupplement is met een Netflix-abonnement,” grapt Martijn cynisch.
Vlees is niet de vijand
Martijn is ervan overtuigd dat haar keuze voor vegetarisch eten het probleem is. “Je hebt gewoon vlees nodig. Voor je weerstand, energie, je huid, echt alles.”
Hij heeft meerdere keren voorgesteld om weer vlees te eten. “Probeer gewoon een stukje kip. Of begin desnoods met bouillon.” Maar Joanne blijft bij haar standpunt.
“Ze zegt: ‘Ik ben geen graf voor dode dieren.’ Terwijl ze bij het traplopen bijna omvalt door zwakte.”
Gezelligheid verdwijnt, spanningen nemen toe
Voor Martijn is het niet alleen een kwestie van gezondheid, maar ook een sociaal issue. “Elke keer dat we met vrienden barbecueën, ontaardt het in discussies en moralistische preken.”
Hij zit met een satéstokje in zijn hand, zij met een kom vol kikkererwten en een berg kritiek. “Ze verwoest de sfeer zodra er vlees in de buurt is.”
Gezamenlijk koken is ook verleden tijd. “Ik wil een heerlijke stoofpot maken. Zij komt aanzetten met tempeh en een bezorgde blik.”
Een relatie met tofu
Volgens Martijn gaat het steeds vaker over wat er niet gegeten wordt. “Het voelt alsof ik een relatie heb met haar voedingsregels, niet met haar als persoon.”
Hij vertelt dat hij zich jarenlang heeft aangepast. Geen vlees aanraken als hij in haar keuken is. Geen biefstuk eten als zij erbij is. Geen grapjes maken over varkens.
Maar andersom? Geen enkele concessie. “Zelfs bij bloedarmoede gaf ze geen millimeter toe. ‘Dan slik ik liever pillen dan vlees,’ zei ze.”
Liefde of frikandel?
Martijn heeft nog steeds gevoelens voor haar, maar de irritatie groeit. Hij verlangt naar vlees, maar vooral naar wederzijds begrip.
“Liefde gaat over geven en nemen. Zij haalt het vlees uit ons leven en geeft me in ruil een schuldgevoel. Dat is geen echte relatie.”
Hij overweegt serieus om het uit te maken. “Ik wil geen vrouw die ziek wordt van haar principes. Ik zoek iemand die ook aan ons relatie denkt.”
Zijn frustratie is voelbaar. “Als ik moet kiezen tussen haar of een frikandel met gezelligheid? Dan weet ik wel wat ik wil.”
Wat vind jij?
Is Martijn bekrompen en onverdraagzaam? Of confronteert hij zijn vriendin met een pijnlijke realiteit? Moet er een grens zijn in liefde als het om gezondheid en sfeer gaat? Laat weten wat je denkt.